De dag begon weer om 6.00 uur 's morgens met een ontbijtje. Voor wie denkt dat dat veel te vroeg is moet beseffen dat we allemaal al enkele uren wakker waren. Daar het al vroeg licht wordt en we telkens weer heel nieuwsgierig waren naar wat de dag zou gaan brengen waren we altijd voor 5.00 wakker.
Een uur later werden we vanaf het kamp naar de boten gebracht. Gedurende de twee uur durende tocht moesten we meerdere malen uitstappen en een deel van de toch over land voortzetten terwijl onze begeleiders de boot over de droge stukken rivier droegen.
En zo hadden we de mogelijkheid om door een indianendorp met idyllische hutten te wandelen en aan de voet van de Salto Angel, de hoogte waterval ter wereld, een landschap te bewonderen dat nog op het meest op een steppe leek. De tocht duurde meer dan een uur. Waarom? Na elke afgelegde meter was er alweer een andere hagedis te zien. Sommige deelnemers zagen zelfs een koraalslang.
Na korte passage moesten we weer uitstappen, passeerden enkele rotsformaties en konden toen de laatste 45 minuten via het water gaan naar het zogenaamde Isla de La Orquídea, het orchideeëneiland. Anders dan de naam doet vermoeden was er geen uitgebreid assortiment orchideeën aanwezig aangezien toeristen in de jaren 70 bijna het gehele eiland leeggeplukt hebben en het orchideeënbestand daarvan nooit hersteld is. Daarvoor in de plaats waren er honderden vissen en interessante biotopen. Hier vonden we alles. We konden snorkelen in sterke stroming maar er waren ook uitgedroogde rivierstromen waar slechts enkele centimeters water in stond omdat er door de droogteperiode geen vers water werd aangevoerd.
We zagen, zoals steeds de laatste dagen, ontzettend veel tetra's, speciaal de pristella maxillaris. Voor het eerst zagen we ook een enorm aantal meervallen (trichomycteridae), die zich overal in de stroming bevonden. We troffen in de tussenruimtes, naast crenicichla regani, ook veel soorten die nieuw voor ons waren. Zuigmeervallen, barbelen cichliden en veel tetra's die we aan de hand van het foto- en videomateriaal in de komende weken zullen identificeren. In de vlakke poelen stuitten we op enkele leven barenden tussen de vele grasachtige waterplanten. Op de oever sierden mossoorten de overgang naar het land en waren een geliefd thuis voor micro-organismen.
We gingen zo op in het meten van de waterwaarden en het noteren van gegevens aangaande het prachtige, omringende landschap dat we de tijd geheel vergaten. Gelukkig hadden de gidsen op een open vuur kip met salade klaargemaakt. Zo konden we met nieuwe energie de laatste gegevens controleren en noteren en moesten toen tegen 15.00 uur alweer op de terugreis. Tenslotte wilden we voor het vallen van het donker terug in het kamp zijn. De terugreis was niet anders dan de heenreis. Meerdere delen van de afstand legden we te voet af. Als bekroning op de dag konden we de zonsondergang aanschouwen ter hoogte van de waterval in de lagune Canaima. Met zicht op de "vergeten wereld" van gisteren. Fantastisch!
Na de gezamenlijke avondmaaltijd pakten we onze tassen in en bereidden we ons voor op de volgende dag: De dag van vertrek.